Vince Gilligan, het brein achter de veelgeprezen series ‘Breaking Bad’ en ‘Better Call Saul’, maakt een krachtig statement met zijn nieuwste project, Apple TV+’s sciencefictionthriller ‘Pluribus’. In een tijdperk waarin kunstmatige intelligentie (AI) de creatieve industrie dreigt te hervormen, heeft Gilligan nadrukkelijk zijn standpunt kenbaar gemaakt: mensen zijn nog steeds essentieel voor het vertellen van verhalen. Deze boodschap is niet subtiel: kijkers komen de verklaring ‘Deze show is gemaakt door mensen’ tegen die stoutmoedig op de aftiteling staat, onmiddellijk na een standaarddisclaimer over dierenverzorgers die de veiligheid op de set garanderen.
Gilligan gaat nog een stap verder in een interview met Variety, waarin hij zijn regelrechte minachting voor AI-technologie uitdrukt. Hij noemt het ‘de duurste en energie-intensiefste plagiaatmachine ter wereld’ en vergelijkt de output ervan met ‘een koe die herkauwt – een eindeloos uitgebraakte onzin.’ De frustratie van de showrunner reikt verder dan alleen het creatieve principe; hij haalt uit naar Silicon Valley en zegt: ‘Bedankt, Silicon Valley! Nogmaals, je hebt de wereld verpest.’
Terwijl ‘Pluribus’ Gilligans terugkeer naar science fiction markeert na zijn succesvolle uitstapje naar moreel complexe misdaaddrama’s, wijkt de productiewaarde ervan duidelijk af van het rauwe realisme van ‘Breaking Bad’ en ‘Better Call Saul’. De serie herenigt hem met Rhea Seehorn, die lovende kritieken kreeg voor haar optreden in ‘Better Call Saul’, waarin ze een romantische auteur speelt die wordt geconfronteerd met een enigmatische, mogelijk buitenaardse dreiging.
Gilligans sterke houding tegen AI-filmmaken spreekt tot een groeiend debat binnen de entertainmentindustrie. Naarmate generatieve AI-tools steeds geavanceerder worden, roepen ze vragen op over auteurschap, originaliteit en de aard van creatief werk. Terwijl sommigen AI zien als een potentiële samenwerkingspartner of instrument voor het stroomlijnen van de productie, vrezen anderen dat het ongebreidelde gebruik ervan het vertellen van verhalen zou kunnen homogeniseren en de unieke bijdragen van menselijke kunstenaars zou kunnen uithollen. Gilligans besluit om expliciet de door mensen gemaakte oorsprong van ‘Pluribus’ te benadrukken onderstreept deze spanning en dient als een krachtige herinnering dat achter elk meeslepend verhaal het ingewikkelde kunstenaarschap en de onvoorspelbare vonk van de menselijke verbeelding schuilt.


















































