Kunstmatige intelligentie heeft officieel een keerpunt bereikt. TIME Magazine heeft de “Architecten van AI” uitgeroepen tot Persoon van het Jaar 2025, en erkent daarmee de transformerende – en vaak verontrustende – impact van deze technologie op de mondiale samenleving. Het besluit weerspiegelt niet alleen de technologische vooruitgang, maar ook de alomtegenwoordige angst en discussie die nu onlosmakelijk verbonden zijn met de snelle opkomst van AI.
Het jaar dat AI ‘in zicht kwam’
De redactie van TIME onderstreepte dat 2025 het moment markeerde waarop AI niet langer een toekomstconcept was, maar een tastbare, ontwrichtende kracht werd. In de aankondiging van het tijdschrift werd de selectie omschreven als een erkenning van degenen die ‘het tijdperk van de denkmachines hebben voortgebracht’ en de mensheid tegelijkertijd hebben geboeid en gealarmeerd. Dit gaat niet alleen over innovatie; het gaat over een fundamentele verandering in de manier waarop we leven, werken en de werkelijkheid waarnemen.
Culturele en taalkundige reflecties van AI-angst
De keuze wordt onderstreept door de taal die we gebruiken om dit tijdperk te beschrijven. Woordenboeken over de hele wereld hebben woorden gekozen die een wijdverbreid onbehagen onthullen. Collins Dictionary kroonde ‘vibe coding’ – het creëren van software via natuurlijke taal in plaats van handmatig programmeren – tot Woord van het Jaar, een bewijs van de toegankelijkheid van AI en het potentieel om traditionele vaardigheden te verdringen. De keuze van Cambridge Dictionary voor ‘parasociaal’ benadrukt de holle verbindingen die ontstaan tussen mensen en AI-chatbots, terwijl Macquarie Dictionary’s keuze voor ‘AI-slop’ de rommelige, vaak lage kwaliteit output weergeeft die het digitale landschap overspoelt.
“Persoon van het Jaar is een krachtige manier om de aandacht van de wereld te vestigen… en dit jaar had niemand een grotere impact dan de individuen die AI bedachten, ontwierpen en bouwden.” – Sam Jacobs, hoofdredacteur van TIME.
Het tweesnijdend zwaard van de vooruitgang
Het tijdschrift erkent dat deze technologische sprong aanzienlijke nadelen met zich meebrengt. De energiebehoefte van AI-systemen zet de hulpbronnen onder druk, banen worden geautomatiseerd en desinformatie verspreidt zich in een ongekend tempo. De machtsconcentratie in de handen van enkele technologieleiders weerspiegelt historische patronen van rijkdom en invloed. Nvidia’s CEO Jensen Huang zei het botweg: “Dit is de meest impactvolle technologie van onze tijd.”
De risico’s zijn groot: potentieel voor grootschalige cyberaanvallen, economische instabiliteit en groeiende ongelijkheid. Zelfs voormalig president Trump vatte deze stemming op door te suggereren: “Als er iets heel ergs gebeurt, geef dan gewoon de schuld aan AI.” Dit illustreert de mate waarin AI het reguliere bewustzijn is binnengedrongen als zowel instrument als zondebok.
Een patroon van herkenning: machines en de massa
Dit is niet de eerste keer dat TIME een niet-menselijke entiteit eert. In 1982 werd de personal computer geprezen als ‘Machine van het jaar’, en in 1988 noemde het tijdschrift ‘Endangered Earth’ de ‘Planeet van het jaar’. De keuze voor ‘You’ uit 2006 was een eerbetoon aan de vroege makers van sociale media die pionierden op het gebied van door gebruikers gegenereerde inhoud. Deze geschiedenis suggereert dat TIME erkent dat vooruitgang niet altijd over individuen gaat, maar soms over krachten die hele tijdperken opnieuw vormgeven.
De benoeming van de “Architecten van AI” tot Persoon van het Jaar is een duidelijke herinnering dat deze technologie niet langer aan de horizon ligt; het is hier en het verandert onze wereld op manieren die we nog maar net beginnen te begrijpen. De gok is episch en de toekomst blijft onzeker.





























